Hoorbaar Geloof
Hoorbaar Geloof
In gesprek met: Mettie van den Dool
/

Mettie en Job praten over les geven, les krijgen en het belang van diepgang. Over liefde, samenzijn en het veranderen van de kerkgemeente tijdens COVID-19.

I: Dit is Hoorbaar Geloof, de podcast van de gereformeerde kerk in Sliedrecht, ik ben Job van Achterberg en vandaag heb ik te gast Mettie van den Dool. Normaal gesproken is dit bij mij thuis aan de keukentafel, maar vanwege het coronavirus uitbraak via Zoom. Goedendag Mettie.

R: Ha, goedendag Job.

I: Het zijn rare tijden, maar nou ja we zullen ermee om moeten gaan. Kun je wat over jezelf vertellen?

R: Ja, ik ben Mettie van den Dool, ik ben 53 jaar, ik ben echtgenoot, ik ben moeder, ik ben juf en ik ben bewoner van Zuid Holland, een hele mooie plek hier en ik woon hier in Sliedrecht. Ja.

I: Ja, we hebben elkaar al eens eerder gesproken en ik vind dat je bijzonder werk hebt en dat lijkt me ook werk wat nu best wel moeilijk uit te voeren is, gezien de coronacrisis.

R: Ja, nou ja ik ben parttime juf en ik vind juf een hele leuke naam, vrolijk en ben ik altijd geweest en dat is vanaf mijn 21e sta ik voor de klas. En ik sta voor de klas in Rotterdam. En ik sta voor de klas op hetzelfde adres waar ik in 1988 begonnen ben als juf op een school voor speciaal onderwijs en op dit moment zit er in diezelfde straat zit er een praktijkschool en sinds 1988 tot nu ja ben ik dus helemaal vergroeid geraakt met de Vijverhofstraat dat is echt mijn straat, daar geef ik les, in het oude Noorden en ja het is een bruisende straat aan het worden, het wordt prachtig gerenoveerd en ik kom daar ontzettend graag om les te geven. Ik ben docent van de entreeklas, entree 5, en mijn leerlingen zitten in de examenklas van de praktijkschool, maar zij doen door de entree examen mbo 1 en daar ben ik apetrots op.

I: En bij praktijkschool wat moet ik me daarbij voorstellen, wat zijn die praktijkvakken?

R: Onze kinderen die zaten op de basisschool en die vonden de doe-vakken veel leuker dan de leervakken dus dan in groep 7 dan ga je een gesprek aan een beetje over je oriëntatie op het vervolgonderwijs en de meeste kinderen hebben toen al in groep 7 gezegd van als ik van die leerplicht af ben, als ik 18 ben dan wil ik nooit meer leren. Nou en in Nederland vinden wij het een goed idee als je je leven lang leert, en daarom zijn er beroepsopleidingen en als je het mbo doet dan volg je een beroepsopleiding, maar ja mbo vereist een diploma van het voortgezet onderwijs en dus zullen kinderen van de praktijkschool een diploma moeten aanbieden om toegang te krijgen tot het mbo. Nou, is het bij de praktijk zo dat onze leerlingen het leuk vinden om te laten zien wat ze kunnen, maar ze vinden het niet zo heel erg leuk om dat op te schrijven en om daar nog eens stukken over te lezen, om daar moeilijke schrijftoetsen van te krijgen. Zij vinden het gewoon leuk om ons uit te nodigen bij hen op stage zodat ze zeggen kom maar kijken en dan laat ik in de praktijk zien wat ik de afgelopen jaren geleerd heb van de leerplicht, van al het onderwijs wat ik gekregen heb en binnen dat praktijkonderwijs stellen wij dan ook praktijkgerichte toetsen op. Sommige toetsen doen we op de stage, dat is een proeve van bekwaamheid en allerlei bezoekjes vooraf, maar onze leerlingen hebben ook gewoon Nederlands, ze hebben rekenen en wiskunde, ze hebben burgerschap en ze hebben algemeen vormende onderwijsvakken dus dat alles staat ten dienste van het beroep wat ze later gaan krijgen en waar ze dan ook examens in doen.

I: Oké, ja want het is dus echt heel erg gericht op de praktijk maar er zijn ook theoretische vakken.

R: Ja.

I: Dat lijkt me nou wel moeilijk voor […] als ze daar al niet zo van zijn, lijkt me dat ze daar de meeste moeite mee zouden hebben.

R: Ja, en ik sta naast mijn leerlingen. De leerlingen hebben gelijk, ze hebben gekozen voor praktijkonderwijs dan is het ontzettend lastig als je toch ook steeds nog iedere dag Nederlands moet doen, en iedere dag wiskunde moet doen, iedere dag burgerschap moet doen en iedere dag de theorie van jouw toekomstige beroep. Dus wij proberen de leerlingen daar zo goed mogelijk op voor te bereiden, door ongelooflijk vaak te oefenen, in allerlei situaties alle examens een beetje na te doen dat de spanning alleen al, waardoor iets niet lukt, het is niet eens zozeer dat leerlingen het niet beheersen, maar de spanning voor een schriftelijke toets is zo groot dat we dat gewoon lekker vaak oefenen en zeggen van nou zo gaat het examen ook, dus op dat moment krijg je niks nieuws meer, geen verrassingen en dan met alle toerusting die je in de afgelopen jaren in het Nederlands onderwijs gehad hebt, vinden wij dat jij klaar bent voor het examen en als je door ons bent toegestaan om examen te doen, dan gaat het lukken, dan staan wij daarvoor in, want we willen niet dat onze kinderen ja mislukken is geen optie, om het maar even zo te zeggen. Dus het devies van de […] daar ben ik het helemaal mee eens. Wij merken dan bij Accent maar mislukken is geen optie. Nee, we gaan het gewoon doen dat iedereen dit kan, bij ons op school die in de entree zit.

I: En hoeveel jaar zijn ze daarvoor al op die school geweest als ze in de examenklas terechtkomen.

R: Ja, ik vind dat de leerplicht begint bij vijf en vanaf dat moment gaan we tellen, dus iedereen heeft daar kei- en keihard aan meegewerkt. De meeste scholen zijn al welkom vanaf vier, dus ja de juffrouw van groep 0 en de juf van groep 1 heeft daaraan meegewerkt, alle mensen op de basisschool hebben daaraan meegewerkt, misschien wel op een speciale basisschool is er hard aan gewerkt samen met de leerling, samen met de ouders, samen met een heel team dat er staat en bij ons op school komen ze gewoon na groep 8, dus een jaar of 12, 13. En mijn leerlingen die zijn, ja ik heb een leerling van 15, ik heb wat leerlingen van 16, ik heb wat leerlingen van 17. Ik heb ook wat leerlingen die gewoon allerlei omzwervingen gehad hebben, een stop in het onderwijs en dat ze nu toch zeggen van ja zonder diploma van school afgegaan, ik ben 18, maar ik wil heel graag mbo 1 halen op de entree en als het regionaal verwijzingsteam en alle mensen die daarover gaan daar akkoord mee geven dan mogen we met verlengde leerplicht ook leerlingen van 18 nog de kans geven om bij de entree zo’n prachtig mooi mbo 1 diploma te halen.

I: En zo’n jongen van 18 dan bijvoorbeeld, waar komt dat dan, tenminste als je erover mag praten, waar komt dat vandaan dat ze dan nog wel dat doel willen bereiken?

R: Ja Job, wij doen een podcast ik heb dat nog nooit gedaan, sommige dingen vind ik heel lastig om dat op een podcast te zeggen want ik weet niet waar het allemaal terechtkomt en ik heb je ook van tevoren gevraagd mag ik hem terugkijken, dat ik geen dingen over individuele verhalen vertel waardoor je een kind kan herkennen.

I: Tuurlijk.

R: Dus ik wil het in verband met privacy wil ik het zo mooi mogelijk vertellen zodat ook alle kinderen daar zich fijn bij voelen. Ja, bij ons zijn er leerlingen van 18 die bij de TOP academie een schilders […] een vakopleiding hebben. Ik heb leerlingen die hebben een techniekopleiding, ik heb leerlingen die halen een horecadiploma. Ik heb veel leerlingen die doen detailhandel en zorg en welzijn is bij ons ook nog heel populair. Groen doen wij wat minder, maar dan verwijzen we naar onze collega-scholen, er zijn vier Accentscholen in Rotterdam en dan kijken we of dat zij op een andere Accentschool een mooie plek kunnen krijgen om dat praktijkdeel dan te gaan doen, maar ja de meeste kinderen bij ons op Centrum die gaan voor techniek, die gaan voor zorg en welzijn en die gaan voor detailhandel en horeca.

I: Oké, ja want het moeilijkste lijkt me dat ze echt dat doel voor ogen hebben, dus niet van ja ik wil nooit meer werken, maar dat ze iets hebben waar ze naartoe kunnen werken.

R: Nou, dat is zo ontzettend leuk, want als de leerlingen bij mij komen in klas 5 dan hebben ze dat hele traject al gehad en ergens tussen de puberteit van de brugklas, je kent dat wel, en de tweede gaan we een gesprek met de leerlingen in de tweede en de derde klas over hoe zie je je toekomst nu. En dan zie je dat dat akelige idee van groep 7 dat dat gaandeweg gaat veranderen, er zijn maar heel weinig studenten in Nederland die vrijwillig kiezen om zonder diploma van school af te gaan en die zeggen ik wil helemaal niet leren. Nee, het ligt bij het onderwijs om het onderwijs zo uitdagend te maken dat die leerlingen zeggen ik wil graag een beroepsopleiding doen en ik wil daarvoor serieus een diploma halen. En als je bij mij zit, in mbo 1, dan mag je met het diploma dat je krijgt dan heb je startkwalificatie om mbo 2 te gaan doen. En zeg 10 jaar geleden gingen leerlingen van de praktijkschool af met een certificaat voor praktijkschool, en nu hebben ze een mbo 1 diploma. Hoe mooi is dat.

I: Ja. Ja, want dan heb je ook mogelijkheden.

R: Precies.

I: Ik heb zelf de huishoudschool gevolgd, tenminste zo heette dat, dat was De Schans in Sleeuwijk en daar had je dus ook, dat was de middelbare school, had je dus verzorging, wat jij waarschijnlijk zorg en welzijn noemt, detailhandel, mode en kleding en secretarieel werk.

R: Ja.

I: Nou ja daar zaten toch over het algemeen leerlingen die zoiets hadden van ja ik ga hierna gewoon niet doorleren ook al werd daar wel om gevraagd van joh ga je nog naar het mbo, je kunt nog van alles gaan doen. En een hoop wilden dat niet, die wilden, ja die hadden andere doelen voor ogen.

R: Ja.

I: Ik weet nog er waren erbij, in de klas waren er niet zoveel die daarna nog iets gingen doen. Dus het is heel positief als ik het bij jou zo hoor dat er een hoop leerlingen zijn die wel dat soort doelen hebben.

R: Nou ja, weet je we hebben een kennismaatschappij in Nederland. Het is toch wel zo dat er vaak gevraagd wordt van heb je een diploma en dat is denk ik een verschil met mijn jeugd en met jouw jeugd dat anno nu dat al gewoon van jongs af aan een bekendheid is, het is eigenlijk een soort fijn. Het is niet helemaal zo dat je zonder diploma’s nergens komt, dat is absoluut niet zo, alleen het is makkelijker als je in een land als Nederland gewoon kan zeggen ik heb dat en dat diploma want dan weet eventueel een werkgever waarvoor je opgeleid bent en of dat de sollicitatie past bij wie jij bent met de ontwikkeling die je op dit moment gehad hebt.

I: Ja. Ja en ik merk bij mezelf dan ook wel, ik overweeg nog weleens hbo te gaan doen in deeltijd, maar ja ik heb mbo 3 en dan mag dat niet, je moet mbo 4 hebben, ja of je moet zo’n toelatingsexamen gaan doen, maar daar hik ik dan een beetje tegenaan en dat zie ik eigenlijk niet zo zitten. Ik was nooit zo goed in rekenen, maar ja dat is wat het is. Maar heb je nog weleens leerlingen die dan, als ze bij jou geslaagd zijn, dat je er later nog wat van terug hoort?

R: Ja, zeker. We hebben sowieso een terugkomavond al vrij snel en wij als school in Rotterdam, omdat wij toch in een ondersteuningssituatie zitten, volgen de leerlingen eigenlijk wel een beetje tot hun 23e, het onderwijssysteem en de organisatie daaromheen. Er wordt wel gemonitord wat onze leerlingen verder voor hobbels en voor kans krijgen, want daar leert het onderwijs, zeker het praktijkonderwijs, natuurlijk weer heel veel van. Hebben wij onze studenten voldoende meegegeven om het te kunnen gaan redden op die beroepsopleiding en in de praktijk, want daar gaat het natuurlijk straks om. En wat voor veel kinderen natuurlijk ook speelt wat voor vakrichting je ook kiest, je gaat te maken krijgen met je zelfstandigheid. Dus lukt het jou met het onderwijs wat je gekregen hebt, hoe praktisch ook, om een zelfstandig bestaan, misschien met hulp, ik bedoel die belastingformulieren invullen dat lukt niet iedereen en dat mag je vragen aan anderen, maar weet je ook inderdaad de weg te vinden naar alle ja instanties, bij wie je moet zijn als je een hulpvraag hebt, hoe je een hulpvraag stelt.

I: Ja.

R: En dat je op tijd die hulpvraag stelt, want het zou ontzettend vervelend zijn als jij heel goed en hard werkt, maar je enveloppen niet opent, of je digitale financiële verplichtingen niet nakomt omdat je zegt van nou dat leg ik even opzij, daar doen we niks mee. Dan ga je tussen je 18e en 23e al problemen tegenkomen. En jij en ik kennen allemaal de verhalen dat je zegt van hoe kan het nou dat ik in de krant lees dat er hele jonge mensen hoge schulden hebben. Nou, ik begrijp dat wel een beetje, want dan denk ik van daar hoeft niet altijd sprake te zijn van onwil, maar misschien was het allemaal een beetje te ingewikkeld en dan geef je het op. Nou, dat soort situaties wij hebben de leerlingen vanaf de kleuterschool, op de basisschool, in de brugklas, al mijn fantastische collega’s in het onderwijs, al mijn geweldig gemotiveerde geïnstrueerde collega’s uit het speciaal onderwijs, wij zitten daar dan een beetje tegenaan. Ik kom uit het speciaal onderwijs. In al die bijzondere situaties dat leren niet vanzelf gaat, maken we het de leerlingen ook niet alleen maar makkelijk, want dit zijn situaties die je dus gaat tegenkomen als je 18 bent, als je 19 bent, dan heb je te maken bijvoorbeeld al met je ziektekostenverzekering, allerlei instanties met hoe kom ik aan mijn geld. Dat verandert. Van je 17e tot je 18e dan verandert er ontzettend veel en we hebben die leerlingen uitgedaagd om daar toch ook alvast een beetje mee te oefenen en er bewust van zijn dat je daar niet je ogen voor kan sluiten. En zelfs al kan je het niet zelf, dan zijn er zo verschrikkelijk veel officiële instanties waar je kan aankloppen, maar we leren mensen ook om samen te werken ook in de klas en hoe werk je samen. Nou het makkelijkst om samen te werken is dat je een gesprek begint met iemand, dus praat. Praat met een ander of vraag hulp aan iemand die je niet meteen ziet, maar doe het dan via bijvoorbeeld je telefoon, maar trek aan de bel op tijd en vraag hulp. En dan zal je zien dat die ander zegt oh dat herken ik wel dat is inderdaad lastig, ik ga het je zo uitleggen zoals het bijvoorbeeld mij gelukt is. Dus de behulpzaamheid in de entreeklas bij mij op school ja die is bijna vanzelfsprekend, dat is echt ontzettend leuk. En daar waar je in de puberteit, in die brugklas die meiden nooit samenwerken met jongens, heb ik nu prachtige voorbeelden, ik noem geen namen maar ik hoop dat mijn leerlingen dit zien van jongens die zeiden van die bijdehante dame uit mijn klas die gaat mij vast wel even helpen want die heeft haar werk al af en dan wordt er gewoon dat jongens aan meisjes vragen van wil je me even helpen en dan zijn we dus de giechelfase voorbij dan wordt er gewoon heel serieus met elkaar gekeken van hoe moet je bijvoorbeeld je aanmelden voor mbo 2 en dat proberen we de leerlingen zoveel mogelijk al in het lokaal te laten doen dat wij een beetje meekijken, maar meestal gaat dat met hulp van iemand die zich al aangemeld heeft en die zegt oh dat heb ik gedaan en dat is me gelukt, ik ga het je uitleggen.

I: Ja, dus je krijgt dus een verantwoordelijkheid naar elkaar toe.

R: Precies.

I: Ja.

R: En ook trots als het lukt.

I: Ja, tuurlijk.

R: Want die leerlingen die krijgen een dikke glimlach op hun gezicht op het moment dat het wel lukt en dat zie je. Dat zie je gebeuren en daar word ik echt ontzettend blij van.

I: Ja, dat kan ik me voorstellen.

R: Ja.

I: Maar ja, je doet dit vaak ook al lang en dat zou je niet zijn blijven doen als het niet iets was wat je heel mooi vindt.

R: Nou, het is echt niet zo dat ik zeg van dat ik niemand begrijp die zegt dat het best spannend is. Het onderwijs is voor mij ook enerverend, ik vind het ontzettend spannend of dat ik het wel kan, iedere dag weer. Er komen zoveel dingen waarvan ik steeds denk van oh dit heb ik nog nooit bij de hand gehad en nu ben ik dus al juf sinds 1988, moet je nagaan. Nee, het is niet zo dat ik een gelopen race als juf heb, ik vind het een spannend beroep en iedere dag is een uitdaging omdat er situaties voorkomen bij elkaar waarvan ik denk van goh kan ik hier wat mee, kan ik hier ja een goede juf voor zijn. Maar ja, dan ga je naar huis en dan denk je er nog eens over na en zelfs als het die dag niet gelukt is, dan kom ik er op terug.

I: Ja. Ja, mooi.

R: Ja.

I: Iets anders waar ik nieuwsgierig naar ben, ik weet dat je, als ik het goed herinner, een deeltijdopleiding hiernaast nog.

R: Ja, je had het net over dat jij misschien wel nog eens wilde gaan bijscholen.

I: Ja.

R: En dat je zei van ja ik denk misschien is, misschien, en twijfel, dat je twijfel uitsprak en dat je misschien dacht van kan ik dit wel, of kan ik dit niet. Nou ja, ik ben van de Pabo afgekomen in 1988 dat was een geweldige opleiding, maar daarna had ik wel zoiets van even niet meer bijscholen, terwijl dat in het speciaal onderwijs best gewoonlijk is. Ik heb toentertijd heb ik in de 90’er jaren een opleiding, een post-hbo gedaan dat was de pilot, de allereerste, gedragsmanagement. Dus ik heb een hbo plus nog op mijn Pabo en ik ja ik ben moeder geworden, wat een grote rol in mijn leven speelt, en nadat ik moeder geworden was ja worden die kinderen groter en allebei mijn zoons die zijn nu […] die wonen op kamers, dus die zijn aan het uitvliegen. Die zijn af en toe nog thuis maar vaak ook niet. En toen dacht ik ja die scholing wat ik eerst helemaal niet wilde, dit is het moment. Dit is het moment. Ik ben nu nog in de 50, als ik nog een keer serieus wil gaan bijscholen dan moet ik dat maar eens gaan proberen, want het schijnt, en dat hoor je van iedereen, dat je het meeste spijt krijgt van wat je niet gedaan hebt. En ja als je dus 50 plus bent dan moet je voor jezelf de ruimte pakken die er is en eens even goed bij jezelf te raden gaan en nu. Dus ik dacht dat ook en ja ik heb een enorme, ja toch wel een verlangen in mijn hart om iets te doen voor het onderwijs op een plek waarvan ik denk van nou daar kan nog weleens goed naar gekeken worden. Wij, ik vind dat ook weer heel lastig, want het gaat helemaal niet over mijn eigen school, maar ik heb altijd fulltime gewerkt toen ik nog geen kinderen had. En vanaf het moment dat ik wat meer tijd aan mijn gezin wilde besteden, ben ik gaan part timen, dus ik ben deeltijder, maar dat deeltijdwerk dat gaf mij wel de mogelijkheid om eens af en toe gewoon tijdelijk even te werken op andere scholen, want ik vind het heel erg leuk om in het onderwijs rond te kijken. En verder heb ik in mijn vrije tijd heb ik ook veel met groepen gewerkt. Zaterdagochtend geef ik zwemles bij Sam zwemt en dat is ouder en kind zwemmen voor kinderen vanaf drie jaar. Op maandagavond heb ik weekopeningen verzorgd in een verzorgingstehuis voor mensen tot 100. Ik heb ouderengym gegeven, ik zwem in de Merwedebolder met cliënten en daar hebben we aquarobics en zo heb ik nog wat meer dingetjes gedaan behalve dan alleen maar voor de klas staan. EHBO gegeven, jeugd EHBO gegeven.

I: Wow.

R: […] is geweldig, maar een ding dat heeft mijn grote liefde, ik heb altijd gewerkt op een christelijke school omdat ik daar bewust voor kies. In Nederland heb je vrijheid, vrijheid van godsdienst en vrijheid van onderwijs. Je kan zelf kiezen of je naar een identiteitsschool gaat of niet. En een christelijke school betekent niet dat daar alleen maar christelijke scholen op zitten, maar mensen accepteren dat ze zitten op een school die ervoor gekozen heeft om de christelijke identiteit ook belangrijk te vinden in het onderwijs. En ik heb dus altijd gewerkt op een christelijke school. Het rare is dat ook op christelijke scholen de ontkerkelijking en de onbekendheid met het geloof enorm aan het toenemen is, dus er zijn heel veel scholen die niets tot nauwelijks iets doen aan christelijk onderwijs. En dat verbaast mij zo enorm, en helaas snap ik het ook wel, dat ik denk van ja en toch kan ik me daar niet blij om voelen dat ik zeg van oké dat is oké maar ik denk van wat kunnen we dan wel als christelijk onderwijs betekenen in de maatschappij zoals die nu is, voor leerlingen van 4 tot 18 en die uitdaging ben ik aangegaan door middel van een studie, ik weet ook niet waar ik moet beginnen, ik ben dit jaar dus begonnen aan de opleiding universitair docent godsdienst, levensbeschouwing en niet, helemaal niet om weer als godsdienstdocent voor de klas te staan in een lokaal vol met leerlingen die denken van he dit wordt een uurtje pret, daar heb ik niks op tegen, maar wat ik het allerleukst zou vinden is als besturen mij uitnodigen om hen eens een beetje bij te praten over de manieren waarop je juf kan zijn of docent kan zijn, ik weet niet of iedere andere collega van mij het leuk vindt om als meester of juf te worden aan genoemd, maar alle professionals in het onderwijs, die ook werken op christelijke scholen ja die zijn niet allemaal meer bekend met de christelijke traditie en die zeggen weleens tegen mij van ik heb geen flauw idee hoe ik dat moet aanpakken want ik ben daar niet mee opgevoed. Vroeger ook bij mij op school was het niet meer, en ik weet helemaal niks hoe doe je dat dan. Dan zeg ik ja als ik niet meer in de traditie sta en als de mensen voor mij vanaf 4 tot en met 16 helemaal niets gedaan hebben aan christelijk onderwijs wat ga ik de leerlingen dan vertellen die 16, 17, 18 zijn. En dan is het heel makkelijk om te zeggen van wij als school geven de ouders de vrijheid om daar zelf een keuze in te maken en we benoemen dat niet zo nadrukkelijk, terwijl ik denk verhalen van geloof, hoop en liefde zijn zo ontzettend dichtbij kinderen en jongvolwassenen dat het toch echt niet zo kan dat christelijke scholen dat stukje maar laten liggen. Dat zou echt heel heel jammer zijn. Dus daar ga ik me voor inzetten maar ik moet nog wel wat studeren.

I: Ja, om daar even op in te haken ik ging naar de Oudehoven, voordat ik naar De Schans ging. Oudenhoven in Gorinchem. Daar hadden we godsdienstles van, als ik het me goed herinner, meneer Watse Flach, dat was ook een dominee, ja dat was een pretuurtje.

R: Ja.

I: Dat ging niet ergens […] ik weet nog dat we op een gegeven moment moesten we een soort collage maken en toen hadden we ergens iets van collagemateriaal gevonden en daar stond die uitspraak van Friedrich Nietzsche op van God is dood. Ik denk al had hij daar nou wat over verteld wat er nou mee bedoeld wordt en wat achtergrond aan gegeven of […] maar er werd niets […] het was allemaal heel oppervlakkig, dat ja ik vraag me af of zo’n vak of dat meerwaarde zou krijgen, nog steeds rekening houdend met de interesse van leerlingen als er wat diepgang in zou zitten.

R: Weet je Job dit is nou typisch zo’n voorbeeld wie weet hadden jullie altijd wel les in het lokaal Duits en hing vandaar die poster daar en had die docent godsdienst geen flauw idee wat hij met die poster moest, had hij hem niet eens zelf opgehangen, dat durf ik nog te denken. Ik merk zoveel dat mensen zeker in het christelijk onderwijs zeggen van joh ik ben helemaal niet tegen verhalen die hoop geven, die inspireren, maar ik heb geen flauw idee hoe ik het aan moet pakken en vandaar dat ik zeg van nou met mijn diploma op zak waarbij men weet van goh dat is een ervaren docent van jong tot oud, die echt wel het hele spectrum van onderwijs een beetje gezien, durf ik te zeggen in alle bescheidenheid zou het toch leuk zijn als die daar wat handvatten kan geven. En ik ben natuurlijk […] ik houd zelf ook van als iemand weer komt om te adviseren over het christelijk onderwijs dat dat ook allemaal heel praktisch is en verder houd ik ook van dikke pret. Ik geef al een tijdje geef ik jeugdkerk dat is dus met kinderen uit het voortgezet onderwijs, studenten, en ik heb altijd kindernevendienst gegeven en ik vond het echt een feestje. Godsdienst geven hoeft helemaal niet saai te zijn, want het gaat over de meest dagelijkse situaties, het gaat over verliefdheid, het gaat over liefde, maar het gaat ook over boosheid, het gaat ook over verdriet, het gaat over woede.

I: Ja.

R: Al die thema’s die zijn zo aansprekend, zeker als je puber bent en je brein is nog instabiel en alle emoties razen door je kop heen, dan is het juist leuk om naast al dat toetsen van rekenen, taal, wiskunde en weet ik veel wat, om ook nog ruimte te hebben om het in je ontwikkeling mee te geven dat er meer is dan het gewone.

I: Ja. Ja, ik denk dat het vaak ook onderschat wordt, dat er best een honger is naar wat diepgang terwijl er vanuit wordt gegaan dat dat niet aanwezig is.

R: Nou ja, ik ben twee jaar geleden ben ik naar een informatiedag geweest, volgens mij was het […] nou misschien wel van Job, ik weet het niet zeker, of van iets anders, maar in ieder geval het christelijk onderwijs heeft verschillende type scholen. Je hebt scholen waar elke dag bijvoorbeeld gebeden wordt, waar elke dag wel iets van of een lied wat bij het christelijk geloof hoort te zingen of om een verhaal te vertellen, of uit de Bijbel te lezen, maar je hebt ook scholen die dat nou af en toe eens doen, en je hebt scholen die zeggen van nou met Kerst is het het wel. Dan hebben we het allemaal over christelijke scholen, dus er is een enorme diversiteit. In het dorp waar ik woon, in Sliedrecht, zijn de christelijke scholen een beetje van die eerste categorie. Nou en mijn school in Rotterdam die hoort niet eens in categorie drie, maar ja wij hangen een beetje tussen drie en wat nog niet onderzocht is, namelijk niks. En dan zeg ik van joh wat is het onderscheid tussen christelijk onderwijs en het neutraal onderwijs, want dat is ook een keuze, je maakt in Nederland een keuze voor identiteitsonderwijs. Je hebt islamitische scholen, je hebt christelijke scholen, je hebt openbare scholen, je hebt bijzondere neutrale scholen. Ik ben daar niet zo heel erg in thuis, bij de anderen, omdat ik natuurlijk praat over mijn eigen tuintje, maar je hebt de keuzevrijheid. Dus als je christelijk onderwijs bent waarom bied je dan ook niet, naast dat hele prachtige algemeen vormende onderwijs, het andere perspectief en daar wil ik het over hebben en daarvoor ben ik aan het bijscholen.

I: Ja. Is de opleiding wat je ervan verwachtte tot zover?

R: Oh, dat is al helemaal moeilijk. Ik zit nu in de rare situatie dat ik op dit moment mijn leerlingen beoordeel, mijn studenten, als docent beoordeel ik mijn leerlingen voor hun examenopdrachten en ik word zelf word ik ook getoetst op mijn opleiding. Ik heb theologische werkplaats gehad en dan moest ik dingen inleveren, moest ik presenteren en dat vond ik ontzettend lastig meteen al in september begon ik dat een beetje te voelen dat ik dacht van oh ik vind dit heel erg spannend. Ik ben 53, ik ben ook nog wel een goede docent en nu zit ik in de opleiding tot docent godsdienst levensbeschouwing hoe moeilijk kan het zijn en ik vind het heel erg spannend om werk in te leveren, ik vond de presentatie geven vond ik ook heel erg spannend.

I: Ja.

R: Nou ja, toen moest ik een scriptie schrijven voor kerkgeschiedenis, een heel leuk onderwerp gekozen over Paus Silvester de Tweede, dat was een paus die met de koning, dat ging toentertijd nog zo, op bezoek was geweest en het Arabisch had leren kennen en hij heeft uit de Arabische wereld toentertijd heeft hij de Arabische cijfers, onze cijfers waarmee jij en ik schrijven, heeft hij die weer geherintroduceerd in Europa. Dus wij zijn dankzij de Arabische cijfers via een Paus in de scholen bezig met Arabische cijfers. En die Silvester was ook nog een kansarme jongere en dat was helemaal niet te verwachten dat die zo’n prachtige carrière zou gaan maken, maar dat is hem wel gelukt. Precies een verhaal wat dan weer lijkt bij mij op mijn onderwijssituatie …. 00:33:02. En nou ik kreeg dat mondeling, want je had een mondeling bij die kerkgeschiedenis, toen was ik zo verschrikkelijk zenuwachtig en ja nu is het tweede semester begonnen, ik volg op dit moment zeven vakken en ik heb nog een vak staan wat ik nog niet gehaald heb. Ik heb het essay had ik niet goed gedaan dus dat heb ik pas weer opnieuw ingeleverd, dat wacht nu op een beoordeling. Ik heb de toets dan wel gehaald en dan begin je aan zo’n tweede semester dus tot aan de zomer ben ik nog bezig met zeven andere vakken. En ik begin er nu pas in te komen. Ik begin ook nu pas een beetje plezier erin te hebben en Job, jij snapt het, toen had ik het door hoe het werkte en vanaf maart zijn alle dingen stil gelegd en wordt er gekeken hoe wij met corona dit, dit is het universitaire jaar, dus kunnen gaan afronden. Dus ik had bijvoorbeeld halverwege maart had ik een mondeling gehad over het recht, over het kerkrecht en dat is niet doorgegaan en dat wordt nu een schriftelijke opdracht dus dan ga je het allemaal weer heel anders doen. Ik had me bijvoorbeeld voor praktische theologie enorm verheugd op een presentatie over wat ik dan wilde kiezen schuldhulpmaatje en daar wilde ik induiken, ik had een leuke collega student die dat met mij wilde gaan doen om praktische theologie te belichten vanuit een heel mooi praktisch voorbeeld. Nou en die presentatie kunnen wij dus ook niet live gaan geven en ja ik ben dat als juf natuurlijk al jaren gewend om in allerlei groepen live dingen te doen, dat hele presenteren van mijn studie voor punten, want ik wil wel mijn ECTS halen ja wordt opeens iedere keer weer anders, en ik ben ontzettend kwetsbaar. Ik vind het heel erg spannend en ik ben ook heel bang dat ik het niet kan. En dat heeft weer een voordeel, Job, want ik werk dus al een hele tijd in het onderwijs en ik ben er toch weer een leukere juf door geworden, want op een gegeven moment ga je toch wat meer dingen denken van oh zo werkt dat, en toch dacht ik weer bij sommige leerlingen dacht ik na terwijl ik naar huis reed en volgende week ga ik het nog een keer proberen. Vandaag was het niet gelukt en ik zag ook dat de studenten er geen zin meer in hadden en boos werden en toen dacht ik ja maar die boosheid en dat je wegloopt voor problemen dat herken ik omdat ik nu zelf ook aan het bijscholen ben en ik loop ontzettend op mijn tenen op de universiteit.

I: Ja.

R: Ik denk ook weleens van zal ik ophouden en zal ik maar meteen stoppen met die studie want ja het gaat me niet lukken. Dus dan ga ik tegen de klippen op die volgende keer weer in gesprek met mijn student en eigenlijk praat ik dan een beetje tegen mezelf en ik vind het echt geweldig als iemand dan bereid is om het nog een keer te proberen.

I: Ja.

R: Vind ik echt zo goed. En ja ik houd van complimentjes geven, maar ik probeer echt een beetje ja bijna, ik weet helemaal niet hoe dit valt bij onderwijzend Nederland, maar ik voel echt wel een beetje moedergevoelens voor mijn studenten. Ik wil ook echt dat het ze gaat lukken, ik steun ze zo.

I: Dat snap ik, ja tuurlijk.

R: Ja, er is vrij weinig onderscheid tussen mijn eigen zoons en mijn leerlingen wat betreft de gunfactor op succes. Het kan toch niet zo zijn dat je voordat je volwassen bent geworden al zoveel teleurstelling in je leven hebt dat je dat allemaal definitief die deur dicht doet.

I: Ja en ze hebben allemaal mogelijkheden om heel mooie dingen te gaan doen. Nee, dat snap ik.

R: Precies. Mijn studenten op Accent als ik die in de praktijk bezig zie dat vind ik geweldig, dat zijn vakmensen. En vakmensen die nog heel veel kunnen gaan leren maar ik zie het ze allemaal doen. Ik word er zo blij van.

I: Ja. Ja, maar dat is […] ik sprak pas iemand, ik zal het ook wat anoniem houden, maar diegene was een bedrijfseigenaar en die had onder andere een jong iemand in dienst en diegene nou die moest dan wat werk gaan doen en dat moest op een bepaalde tijd af zijn, en diegene kon geen klok kijken die werknemer, die had dat niet geleerd die kon geen klok kijken dus die […] nou ja ik wil graag dat je dit en dit gedaan hebt om twee uur. Oh twee uur, dat is 14.00 toch he? Ja, ja, twee uur is 14.00 en wat die werkgever dan deed, die ging het niet voorkauwen, die ging hem niet halen om twee uur, die ging er gewoon vanuit dat die werknemer dat, die jongeman dat voor elkaar zou krijgen. En die werkgever vertelde nou op een gegeven moment, tegenwoordig, draagt hij een horloge en hij heeft zichzelf geleerd klok te kijken en omdat ik hem liet zien waar hij toe in staat kon zijn en verantwoordelijkheid gaf. Nou prachtig.

R: Ja. Ja, daar word ik ook blij van. Soms zijn het dingen die je helemaal niet meer verwacht en dat vind ik in mijn werk ook, ik heb best veel kinderen gezien met agressie en als juf tegenover agressie voel ik mij ook niet prettig, dat is nooit prettig, maar ik hoop toch wel iedere keer weer even stop gezet te worden en bij mezelf te denken, zou dit uit angst voortkomen, zou er iets zijn waar deze student bang voor is, wat die agressie opwekt. En Job, jij en ik, wij weten allebei dat dat niet eens hoeft te maken te hebben met wat er in de klas gebeurt. Daar heb ik natuurlijk ook mee te maken, dat ik mij grote zorgen maak om sommige studenten hoe het is buiten de school. En als je het nu hebt we zitten in de corona, we zitten niet voor niks op deze manier met elkaar te praten. ER zijn dus kinderen die geen dak van liefde boven hun hoofd hebben, maar nu met de corona moeten zij wel heel veel thuis zijn.

I: Ja.

R: Nou, als je het nou ergens over hebt waarom ik ga bijscholen dan is dat een van de dingen die bij mij in de top drie staat om daar handen en voeten aan te krijgen als zijnde iemand die in gesprek gaat met schoolbesturen, want ja sommige mensen hebben ook nog het idee dat christelijk onderwijs dan happy de clappy zou moeten zijn, nou dat kan, er zijn periodes in je leven dat je heel blij bent, maar dat blijft niet zo, er zijn ook altijd verdrietige momenten en er zijn ook situaties van machteloze woede en daarin moet die docent ook zijn weg kunnen vinden. Dus je kan jezelf nooit opzij zetten als jij weet dat je machteloos staat ten opzichte van dingen die kinderen gebeuren. En het is een romantisch beeld om te denken dat een telefoontje naar de Kinderbescherming alles kan goed maken, dat is helaas niet zo, want zo werkt het niet. Er is heel veel verborgen verdriet, maar ook verborgen kinderen in de knel achter gesloten deuren. En op dit moment met het coronavirus maak ik mij daar absoluut zorgen om. Ja.

I: Ja. Nee, dat kan ik me heel goed voorstellen. Ja. Ik heb een pleegbroertje en twee pleegzusjes ben ik mee opgegroeid en ja die kwamen ook uit gezinnen waar het allemaal niet makkelijk was. Ja, die zaten niet voor niets in het jeugdzorgcircuit. En als ik […] en ja ik kan me helemaal voorstellen als je niet die mogelijkheid hebt om in een veilige omgeving op te groeien, ja dat […]

R: Precies.

I: Ja. En het lijkt me […] je hebt me weleens verteld, we zaten toen bij de liturgiecursus binnen de kerk en toen zei je ook dat jijzelf heel, jezelf heel erg op kan laden bij de kerkdiensten zelf. En dat is nu natuurlijk ook iets wat op het moment wegvalt.

R: Ja. Onze kerk die heeft op bepaalde momenten de kerk dan opengesteld met coronamaatregelen. Er mogen nooit meer dan drie mensen tegelijk in de kerkzaal zijn en sowieso alle regels van de regering aanhouden, maar eventjes in de kerk binnen stappen dat is voor mij iets waar ik echt behoefte aan heb.

I: Ja.

R: Voor mij is het een hele fijne plek de kerk. Ik ben nu thuis absoluut kind van God, maar het is ook fijn om actief over de drempel te stappen en een kerk in […] dan heb je toch ja een kinderlijk idee van dit is het huis van God en nog net ietsje meer dan thuis kom ik daar ja in een hele bijzondere, mooie, voor mij veilige plek. En ook als dik dit zeg dan weet ik weer dat de kerk en de kerkhuizen echt niet zonder fouten zijn, want zeker, dat weten we, is er ook in kerkgebouwen heel veel akeligs gebeurd met onvrijwillige dingen waar ik heel verdrietig van word, en dat is ook gebeurd in kerkgebouwen, maar dat neemt niet weg dat ik altijd een hele fijne ervaring heb als ik een kerkgebouw instap. En dat is ook eigenlijk waar ook ter wereld. Dat is echt wat anders dan dat ik bijvoorbeeld een hotel binnenstap of een museum. Als ik een kerk binnenstap dan voel ik mij in het huis van God en dat vind ik echt heel fijn.

I: Ja, nee dat begrijp ik. Ik bedoel ik ben relatief nieuwkomer maar ik merk ook nou dat ik het echt enorm ben gaan missen van het naar de kerk gaan en het samenzijn en we hebben nu als best mogelijk alternatief de stiltemomenten tijdens de week. Nou dan merk ik ook wel ik heb af en toe dienst dat ik de kerk open zet en dan merk ik ook dat mensen dat erg op prijsstellen dat ze even gewoon stil in de kerk kunnen gaan zitten, kaarsje aansteken, rustig nadenken. Ja.

R: Precies. Ben je weleens in een dienst in het buitenland geweest waar je het gewoon niet kon verstaan?

I: Ja, ik ben een keer in Canada naar een Grieks orthodoxe dienst geweest.

R: Ja.

I: Dat was drie uur lang.

R: En dat geeft voor mij aan dat ook al versta ik het niet, want ik heb ook dat soort ervaringen, dan op de een of andere manier is het toch anders dan inderdaad als je bij andere groepen mensen komt niet in een kerkgebouw want overal waar ik kom en waar ik ooit gekomen ben op vakanties als een kerkdienst gaande was en ik stapte daar binnen dan begreep ik het niet qua woordelijk, de vertaling van wat er gezegd werd, maar de nabijheid en dat je daar dan toch ook samen met anderen toch ook ja een Godservaring hebt, het God menselijke betrekkingsgebeuren, spiritualiteit ervaart. Voor mij is dat echt heel waardevol en ook heel universeel en vandaar dat stilte in de kerk ook prachtig is. Ja.

I: Ja. Het transcendente is daar toch aanwezig.

R: Ja.

I: We zitten nu ongeveer aan iets na drie kwartier. Mettie is er nog iets bepaalds waar jij het graag over zou hebben.

R: Ja, Job hoe vind je het gaan, je hebt nu een paar podcasts helemaal uitgewerkt en hoe is het voor jou?

I: Ik vind het vreselijk leuk om te doen.

R: Oh leuk.

I: Ik kijk er ook altijd erg naar uit.

R: Ja.

I: En je hoort altijd weer verschillende verhalen. En ik merkte toen ik hiermee begon ja mensen vragen je wat is het dan, het was toch veel nieuw. En zelf zit ik zo in de IT sector, het is voor mij heel heel erg gangbaar maar nou ja je merkt wel er is wel was wel nieuwsgierigheid en mensen waren wat terughoudend. Maar nu het een beetje bekend is van wat is het nou. Oh, het is eigenlijk gewoon een gesprek.

R: Ja.

I: Dan merk je mensen worden wel wat opener ernaartoe en die komen ook nu naar me toe wat joh ik zou ook wel willen.

R: Oh.

I: En daar word ik echt heel blij van, want […]

R: Ik heb het lang uitgesteld he, jij vroeg het mij van de winter toen je nog niet begonnen was en toen had ik zoiets van nou ik wil hem sowieso van tevoren zien, dus iedereen die eventueel twijfelt dat mag. Job heeft mij gezegd dat ik hem voordat hij uitgezonden wordt helemaal mag natrekken.

I: Altijd, ja.

R: En ja er kwam van alles en nog wat tussen. Ik had het heel druk met de studie en met andere dingen en op de een of andere manier nu vanwege alle stilzettingen heb ik toch ook wel de tijd gekregen om dit zo samen met jou eens te doen.

I: Ja. Nou ja, en mensen luisteren ook naar elkaar en mijn doel met de podcast was eigenlijk om de gemeente buiten de vier muren te plaatsen.

R: Ja, mij ook.

I: Maar je merkt natuurlijk dat de gemeente naar zichzelf toe meer van elkaar leert en ja dat was iets daar had ik helemaal niet bij stilgestaan dat dat ook zou kunnen gebeuren. En reacties van buiten, ik bedoel in een keer stonden we met een pagina vol artikel in de EO visie.

R: Oh ja. Ja, dat heb ik niet gelezen, maar ik heb erover gehoord ja.

I: Ja, dat had ik helemaal niet zien aankomen, maar dat ging dus via het Kompas hadden ze het in gelezen volgens mij en in een keer belde de EO Alexander op dus dat is de dominee.

R: Ja.

I: En ik zei tegen Alexander nou ja dit mag jij gaan doen, houd mij maar lekker op de achtergrond, maar natuurlijk was ik best wel trots dat dat […]

R: Ja.

I: Schijnbaar zijn we de eerste kerk die zoiets doen, dus dat het iets anders is dan gewoon de dienst online hebben, dit soort gesprekken maar ja er zitten allerlei heel erg interessante mensen in een kerk die allerlei verhalen hebben en achtergronden en ja zoals ik nu met jou een gesprek heb vind ik dat echt super leuk en […]

R: Nou, weet je wat ik het allerleukst zou vinden Job, inderdaad. Kijk mensen die al in een kerk zitten die hebben heel veel vergelijkingsmateriaal en die komen ook wel aan hun informatie, maar jouw eerste insteek was van ik wil gewoon een podcast maken zodat andere mensen eens een beeld krijgen bij van wat houdt geloven nou in en je doet dat via een collage van nou ik laat gewoon verschillende mensen zien, daar praat ik mee, en dan kan je eigenlijk zien hoe zij zich verhouden tot wat jij in je dagelijks leven al kent. Ja, ik hoop en ja dat zou ik echt fantastisch vinden als er mensen zijn die zeggen ik ben er totaal niet in opgevoed, ik ben gewoon nieuwsgierig, kan je […] ik heb die en die vragen kan ik die stellen. En dat vind ik geweldig. Dus ik doe het vooral voor de mensen die inderdaad onbekend zijn.

I: Ja. Ja, en je ziet ook dat binnen een kerk zijn er heel erg veel verschillende ideeën over al is het maar een bepaalde Bijbeltekst, dus wij hebben die WhatsApp groep waarin de dominee ons vraagt van joh wat vinden jullie nou van de tekst die we het zondag over gaan hebben en dan merk je het is altijd heel erg verschillende onderwerpen, mensen gaan daar ook met elkaar in gesprek. Ja, dat […]

R: Ja. En weet je, Job, wat ik ook nog wilde zeggen waar ik over nagedacht heb, het is totaal niet mijn bedoeling om mensen tegen […] via een rare manier dan te lokken of zo, zo van dan moet jij ook gaan geloven. Nee, ik vind het gewoon oké als mensen zeggen van ik wist het niet, vertel me er eens over. En dan kan je zelf daar wat mee doen of niks mee doen, dat is helemaal prima, maar ik gun het mensen zo dat ze weten wat er bij mensen die geloven dan speelt.

I: Ja.

R: Dus als je die nieuwsgierigheid hebt nou ja daar durf ik gerust over te praten, dat vind ik juist heel erg fijn, want mijn idee is, mijn geloof heeft mijn leven zo ontzettend mooi gekleurd en verhalen van geloof, verhalen van hoop, verhalen van liefde die zijn voor mij gekleurd door mijn geloof. En ik bekijk de wereld ook door die bril en dat maakt mijn leven echt veel en veel en veel kleurrijker dus dat gun ik dat mensen weten dat die optie er ook is, maar de keus is altijd aan de ander en ik wil vertellen en verder vind ik het aan jou als luisteraar om daar wat mee te doen. Dus het is niet zo dat ik wat moet van die ander, maar je denkt zo wel ik gun het je zo. Het is echt ook leuk om gelovige te zijn.

I: Ja, ontzettend leuk zelfs.

R: Ja, het is fantastisch. Ik sta er niet alleen voor. Mijn doopnaam is Metje en als ik mij nu dus kan voorstellen aan jou dan zeg ik hallo ik ben Metje. De grap is dus dat de naam van God, Jahweh, die hoor je niet al te veel uit te spreken, dat moet je heel eerbiedig doen, dus dat heb ik nu eigenlijk ook wel weer een beetje te snel gedaan, maar de naam van God betekent ik ben met je. Ik ben erbij. Hij zei dat, Hij is degene die Hij belooft te zijn, dat je dat kan zien in wat Hij altijd gedaan heeft en dat Hij altijd dezelfde is, betrouwbaar is, en dat ook in de toekomst is, dus ik heb een godsbeeld van iemand die mij zeer nabij is en die mij niet alleen laat. Ik ben erbij, ik laat je niet alleen. En ja dat gun ik, daar ben ik zo enthousiast over, dat gun ik echt iedereen. We hebben het bijvoorbeeld gehad over die rottigheid achter gesloten deuren, mensen die een dak van liefde boven hun hoofd missen, ja als ik alleen kon vertellen je staat er niet alleen voor, God laat je nooit alleen, dat zou ik in die situatie terwijl je er van alles aan af kan doen en ik heb het misschien niet genoeg goed verteld theologisch of wat dan ook, maar voor mij heel simpel als kinderlijk geloof ik ben met je is een prachtig idee als je het even niet meer ziet zitten. Ja.

I: Ja. Ja, maar dat vind ik ook heel mooi in die preek-app. Bijvoorbeeld dat we het pas hadden over bidden en ik merk dan ik zit er helemaal verkeerd over na te […] tenminste verkeerd, ik zit dan oh hoe zit het dan met het ontologische idee van God weet toch al wat je enzovoort enzovoort. En dan zeg jij het eigenlijk op een heel duidelijke manier van ja maar dat werkt heel anders, en God is er voor je en daar kun je naar bidden als ik het goed begrepen heb.

R: Nou, weet je Job dit is ontzettend lastig om dit via een iPad of hoe noem je dat een podcast te doen, en al op de 50e minuut, ik weet niet waar we op zitten, hier krijg je reactie, hier krijg je de vragen over, dat is mooi, dan hebben we het er nog wel een keer over.

I: Nee, ik bedoel niet dat we dat nu hoeven te behandelen.

R: Nee.

I: Maar het is meer van dat het daarom juist goed is om die dialogen te hebben, omdat je merkt dat je […] het is veel beter om met elkaar over dat soort dingen na te denken dan in je eentje.

R: Nou ja, en het geluid eens te laten horen, dat andere perspectief.

I: Ja, precies.

R: Dat een ander weet er is mijn perspectief, maar er zijn ook nog andere perspectieven, en een daarvan is mijn christelijk geloof wat ik via deze podcast dan de wereld in mag sturen via jouw medium. Dat is hartstikke fijn en ja laat het maar gebeuren toch.

I: Ja, nou ja dat lijkt me een prima moment om hem af te sluiten.

R: Ja, laten we dat maar doen. Bedankt Job.

I: Ja, Mettie jij ook bedankt.

R: Bedankt voor het initiatief.

I: Ja, leuk dat je erbij wilde zitten. Sorry ik onderbrak je.

R: Ik vind het een ontzettend leuk initiatief en ik vond het ook zo leuk dat jij altijd zei van ja ik ben een herstelde atheïst of iets, mensen kunnen zich in jou herkennen dat je zegt van nou weet ik nog zo net nog niet. Ik ben wel echt een gevorderde bezoeker van het kerkgebouw om het even zo te zeggen en ik kom graag, dus ik sta niet meer zo op dat punt dat ik, ja dat ik zo aan de zijlijn staan, maar van jou vind ik dat je heel dichtbij mensen komt met deze podcast en ik vond het een privilege dat je me hebt uitgenodigd en dat je me wilde interviewen. Bedankt.

I: Ja, met alle plezier, dank je wel voor je tijd.

R: Oké, doeg.

Doe mee met de conversatie

1 reactie

  1. Wat mooi hoe je, Mettie, begaan ben met de jeugd. En wat een mooie ambitie om scholen tools te wil geven om het Christelijk Geloof meer te laten intergreren. Het lijkt soms zo moeilijk. Maar juist dagelijkse dingen, of gebeurtenissen kunnen aan God, liefde, hoop, geloof etc. verbonden worden.

Laat een reactie achter

Laat een antwoord achter aan Arianna Blokland Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.